De Wet tegemoetkomingen loondomein (Wtl) bevat voor de werkgever twee nieuwe loonkosten voordelen.

  1. De Lage-Inkomensvoordeel (LIV)

Sinds 1 januari 2017 hebben werkgevers die aan de volgende twee voorwaarde voldoen recht op het lage-inkomensvoordeel (LIV).

  • De werkgever heeft medewerkers in die dienst die 22 jaar of ouder zijn, die werknemers verdienen minimaal 100% van het minimumloon en maximaal 125% van het minimumloon.
  • Deze werknemer moet ook minimaal 1248 uur bij dezelfde werkgever gewerkt hebben.

Per medewerker die voldoet aan bovenstaande voorwaarde ontvang je een vast bedrag per uur. Dat vaste bedrag per uur verschilt. Er wordt namelijk een onderscheid gemaakt tussen twee groepen werknemers.

Het onderscheidt ziet er als volgt uit:

  • Voor werknemers die tussen de 100% en 110% van het wettelijk minimumloon verdienen – dat is volgens het wetsvoorstel van € 9,90 tot en met € 10,88 per uur – bedraagt het voordeel € 1,01 per werknemer per uur met een maximum van € 2.000,- per werknemer per jaar.
  • Voor werknemers die tussen de 110% en 120% van het wettelijk minimumloon verdienen – dat is volgens het wetsvoorstel van € 10,89 tot en met € 11,87 per uur – bedraagt het voordeel € 0,51 per werknemer per uur met een maximum van € 1.000,- per werknemer per jaar.

De werkgever hoeft hiervoor geen aanvraag in het dienen of dit in de loonaangifte aan te geven.

Na 31 januari 2018 wordt door het UWV berekent of je hier als werkgever recht op hebt. Het UWV haalt de gegevens uit de eigen polis administratie. Voor 15 maart 2018 ontvangt de werkgever het voorlopige overzicht hierover. Dit voorlopige overzicht kan eventueel aanpassen door correcties in de loonaangiften te doen. Voor 1 augustus 2018 stuurt het UWV de definitieve beschikking naar de werkgever. De uitbetaling vindt plaats op 12 september 2018.

https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/wet-tegemoetkomingen-loondomein-wtl/tegemoetkoming-loonkosten-oudere-jongere-of-gehandicapte-werknemers/lage-inkomensvoordeel-liv

 

  1. Loonkostenvoordeel (LKV)

Vanaf 1 januari 2018 stoppen ‘de premiekorting oudere werknemer’, ‘de premiekorting arbeidsgehandicapte werknemer’ en ‘de premiekorting voor de jongere werknemer’. Hiervoor komen de loonkostenvoordelen in de plaats.

De loonkostenvoordelen bestaan uit vier loonkostenvoordelen. Dat zijn:

  • LKV oudere werknemer
  • LKV arbeidsgehandicapte werknemer
  • LKV doelgroep banenafspraak en scholing belemmerden
  • LKV herplaatsen arbeidsgehandicapte werknemer

Per loonkostenvoordeel zijn er verschillende voorwaarde voor. Op bladzijde drie tot en met vijf van de nieuwsbrief loonheffingen 2018 staan de voorwaarden onder elkaar per loonkostenvoordeel.

 

Vanaf 1 januari 2018 zijn de kortingen op de premies werknemersverzekeringen per uur te bepalen. Je krijgt dan een vast bedrag per werknemer per uur. Dat gaat als volgt te werk:

  • Het LKV voor het aannemen van arbeidsgehandicapte werknemers en oudere werknemers, bedraagt € 3,05 per werknemer per uur met een maximum van € 6.000 per werknemer per jaar. Jouw organisatie krijgt dit voordeel gedurende maximaal drie jaar. Als je een arbeidsgehandicapte werknemer herplaatst, heb je één jaar recht op dit voordeel.
  • Het LKV voor werknemers die onder de doelgroep van de banenafspraak vallen, bedraagt € 1,01 per werknemer per uur met een maximum van € 2.000 per werknemer per jaar. Dit voordeel krijg je gedurende maximaal drie jaar.

www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/wet-tegemoetkomingen-loondomein-wtl/tegemoetkoming-loonkosten-oudere-jongere-of-gehandicapte-werknemers/loonkostenvoordelen-lkv

 

lage-inkomensvoordeel